Toegang tot de hele mens
Peter Buwalda schreef een indrukwekkende debuutroman over een ogenschijnlijk gelukkig gezin dat op dramatische wijze uiteenvalt. De auteur aan het woord over zijn onderwerp, fascinaties, liefde voor de literatuur en het scheppingsproces: ‘Eens in de zoveel dagen zak je weg in de zuigende modder, en daar moet je binnen twee uur uit zijn, want anders stolt de zaak, en dan kom je er nooit meer uit.’ *Winnaar Academia Debutantenprijs 2011 en Anton Wachterprijs 2012.*
(42 minuten)
Peter Buwalda levert in 2010 met ‘Bonita Avenue’ een echte pageturner af. Menig lezer wil de dikke pil in één ruk uitlezen. Ook recensenten zijn laaiend enthousiast. “Een grote Nederlandse roman, die wat vaart en verteldrift betreft doet denken aan romans van Jeroen Brouwers,” schrijft Het Parool.
Na duizelingwekkende verkoopcijfers en vertalingen in allerlei landen wordt het stil rondom de auteur. Buwalda schrijft columns in de Volkskrant, is hier en daar op tv te zien, maar de tweede grote roman laat op zich wachten. Tot 5 maart 2019. Negen jaar na zijn debuut verschijnt eindelijk zijn tweede boek. De verwachtingen zijn hooggespannen, maar worden volledig ingelost. ‘Otmars Zonen’ is het eerste deel van een trilogie en wordt zo mogelijk nog beter ontvangen dan ‘Bonita Avenue’. “Hoewel Otmars zonen uiteindelijk op vrijwel alle punten Bonita Avenue overtreft en aanvankelijke twijfels briljant tenietdoet, begint het weerbarstig,” schrijft NRC onder meer.
Zelf vindt Buwalda dat hij niet zo bijster lang heeft gedaan over zijn tweede roman. “Ik heb altijd voortgang gemaakt bij dit boek. Alleen is er wel een aantal stoorzenders geweest. In het echte leven, in de liefde. Ik had een turbulente relatie met Annemiek, daarna heb ik een lange, veelbewogen relatie gehad met Suzanne en nu ben ik al een hele tijd met Jet. Die overgangen zijn niet de productiefste tijden geweest, kan ik je toevertrouwen,” zegt hij in een interview met de Volkskrant. Toch is het de 47-jarige schrijver gelukt om weer een juweeltje af te leveren. “Ik ben er tevreden over anders had ik het niet ingeleverd,” klinkt het bescheiden.