Wat zou zijn vrouw er nou van vinden?
René Appel schreef in twintig jaar even zoveel misdaadboeken. “Criminelen vind ik niet zo interessant als personage. Daar zit te weinig twijfel, onzekerheid en dubbelhartigheid in. Vaak zijn ze gewoon alleen maar slecht. Zijn vrouw als hoofdpersoon vind ik leuker dan de crimineel zelf.”
(33 minuten).
Bio
René Appel werd geboren in 1945 in Hoogkarspel, een dorpje tussen Hoorn en Enkhuizen. Hij bezocht de Rijks hbs te Enkhuizen, waar hij in 1962 het diploma hbs-b behaalde. Na een korte, maar teleurstellende studie Scheikunde van een halfjaar, schreef hij zich in voor de universitaire studie Nederlands mo. Het diploma Nederlands mo-b behaalde hij in 1967. Tijdens de studie Nederlands ontwikkelde hij, zoals veel collega studenten, een voorzichtige ambitie om te gaan schrijven, maar hij publiceerde nooit iets. Na een korte militaire carrière van tweeënhalve maand werd hij leraar Nederlands op de Gemeentelijke Scholengemeenschap te Hilversum. In 1969 pakte hij zijn studie Nederlands weer op, waarbij hij zich ging specialiseren in de Nederlandse taalkunde, vooral omdat ( naar eigen zeggen) al z’n vrienden zich al met letterkunde bezig hielden. In 1970 hield hij op met lesgeven en werd kandidaat-assistent bij de Faculteit der Letteren, aanvankelijk bij Nederlandse Taalkunde, later bij Algemene Taalwetenschap. In 1972 studeerde hij af bij Algemene taalwetenschap, waar hij zich voornamelijk met de onderdelen taalverwerving en sociolinguïstiek bezighield. Hij werd wetenschappelijk medewerker bij de vakgroep Ontwikkelingspsychologie van de Universiteit Utrecht. In de loop van de jaren zeventig ging hij zich binnen zijn universitaire werk vooral richten op de tweede-taalverwerving van allochtonen en het Nederlandse taalonderwijs voor deze groep. Begin jaren zeventig leidde de ambitie om te gaan schrijven tot daadwerkelijke productie. Hij schreef korte verhalen in onder meer studentenweekblad Propria Cures (was ook een tijdje aspirant-redacteur), Hollands Maandblad en Maatstaf. Daarnaast publiceerde hij enkele gedichten in Hollands Maandblad. In deze periode was hij ook enige tijd free-lance voetbalverslaggever bij de Volkskrant. Met name door persoonlijke omstandigheden stopte de (korte) stroom aan eigen creatief werk. Vanaf 1976 was hij wel recensent van misdaadliteratuur voor NRC Handelsblad, een functie die hij tot 1986 uitoefende. Wat betreft zijn academische activiteiten het volgende: in 1980 keerde hij terug naar de vakgroep Algemene Taalwetenschap van de Universiteit van Amsterdam. In 1984 promoveerde hij daar cum laude op Immigrant Children Learning Dutch; Sociolinguistic and Psycholinguistic Aspects of Second Language Acquisition. Mede op basis van dat proefschrift ontwikkelde hij zich steeds meer tot een (landelijk erkend) deskundige op het gebied van taal en minderheden. Hij heeft dan ook verschillende publicaties op zijn naam staan over dit en aanpalende onderwerpen, vaak geschreven in samenwerking met collega’s, zoals het boek Nederlands als tweede taal in het basisonderwijs (met Folkert Kuiken en Anne Vermeer) en Bilingualism and language contact (met Pieter Muysken). Van 1994 tot 2003 was Appel bijzonder hoogleraar Verwerving en didactiek van het Nederlands als tweede taal namens de Gemeente Amsterdam. Vanaf 2003 werkt hij (bijna) fulltime als schrijver. Sinds 2004 is hij voorzitter van de Vereniging van Letterkundigen, de beroepsvereniging van schrijvers en vertalers in Nederland. Rond 1985 werd de ambitie om zelf fictie te gaan schrijven groter, met name omdat het bespreken van boeken van anderen op den duur weinig bevredigend was. Daar kwam bij dat Appel als recensent had kennisgemaakt met psychologische thrillers van auteurs als Patricia Highsmith en Ruth Rendell, die hem mede inspireerden tot het schrijven van een misdaadroman. Dat werd Handicap, dat in 1987 verscheen (zie verder de bibliografie op deze site, ook voor vertalingen, nominaties voor prijzen e.d.). Na een flinke serie boeken voor volwassenen verscheen in 1999 zijn eerste (spannende) kinderboek, Complot voor de leeftijdsgroep 10+. Daarna verscheen nog een boek voor dezelfde leeftijdscategorie, Foute boel. In 1997 schreef hij het scenario voor de korte tv-film Betaalde liefde, uitgezonden door de IKON. Sinds 2003 is hij zich meer gaan richten op het schrijven van scenario’s en dergelijke: hij schreef een toneelstuk (Recht van Overpad, opgevoerd door Productiehuis Brabant), een aflevering voor de politieserie Grijpstra en De Gier (Lekkere jongens) en hij is bezig met een scenario op basis van zijn eigen thriller Tweestrijd. René Appel is getrouwd en heeft twee kinderen. Hij woont in Amsterdam.
(Bron website René Appel)